Haal je oude Renault Clio maar onder het zeil vandaan, zet ‘m goed in de poets en stuur je foto’s op naar Jon Olsson. Of rijd er mee naar Marbella. Welke keuze je ook maakt, Jon Olsson is op jacht naar een ruildeal waardoor Hans de G van jou kan worden!
Het is een rare vraag, maar het is toch wel echt aan de orde van de dag. Jon Olsson heeft wel degelijk z’n omgebouwde Mercedes G Klasse in de digitale vitrine gezet en hij hoeft er dus niet perse geld voor terug te zien.
Sterker nog, hij wilt er zelfs geld bijleggen en, funfact: Jon Olsson wordt met de dag meer Nederlands. Hij liet al meerdere auto’s verbouwen bij de lokale auto tuner in Rotterdam of waar het ook maar moge zijn, de kerel die z’n vlogs edit is Nederlands, z’n auto’s worden nog wel eens door Nederlanders opgekocht en dus hoeft het allemaal niet zo raar te zijn dat er ook nog eens een Nederlander is die deze G Klasse op z’n naam kan gaan zetten.
Zodat hij daarna weer gejat kan worden en je ‘m daarna uitgebrand in een parkeergarage terug kan gaan vinden.
Sketchy was dat verhaal overigens 100 procent, maar dat laten we nu maar even voor wat het is. De mogelijkheid om de Hans de G over te nemen is wel echt een ding want volgens Jon Olsson mag hij dus van de hand. De Zweedse ex skier en tevens kersverse papa voelde zich naar eigen zeggen ‘erg avontuurlijk’ en daardoor wilde hij eens kijken of er iets te ruilen viel.
En dit heeft natuurlijk niets te maken met het feit dat er een kind bij is gekomen.
Anyway, de vorige keer wilde hij ‘m ook al verkopen, maar dat is nog niet gelukt. Dus nu maar zo? De reacties zijn in ieder geval meteen erg serieus want hij kreeg binnen no time aanbiedingen waar menig autofan al z’n car voor had ingeruild. Dat is overigens wel een dingetje voor je Clio uit 1994, want hij moet wel echt speciaal zijn wilt Jon Olsson er oren naar hebben. Je moet namelijk nu al gaan concurreren met Mustang’s en Porsche’s en Jon is zelfs voorstander dat hij de G klasse inclusief geld weggeeft.
Dus eh, tenzij je een Clio een one of a kind is… Maar anders mag hij weer onder het doek.
Fotocredit: Jon Olsson
